Uitgangspunt bij de afvalstoffenheffing is dat het tarief 100% kostendekkend moet zijn. Hieronder geven we de ontwikkeling van de afvalstoffenheffing over de afgelopen jaren weer:
Afvalstoffenheffing (bedragen in €) | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
eenpersoonshuishouden | 161 | 161* | 161 | 161 | 171 | 186 | 216 |
meerpersoonshuishouden | 202 | 202* | 202 | 202 | 212 | 227 | 257 |
De tarieven 2018 zijn exclusief de eenmalig korting van € 19,35. Het tarief voor een meerpersoonshuishouden ligt in Noordenveld op € 257 in 2023. De gemiddelde meerpersoonstarieven in de Drentse gemeenten in 2023 waren als volgt:
Het gemiddelde tarief in Drenthe bedraagt € 253. Dit gemiddelde is berekend aan de hand van de door alle Drentse gemeenten aangeleverde gegevens. De gemeenten Borger-Odoorn, Emmen en Tynaarlo heffen volgens het Diftar-systeem. Borger-Odoorn en Tynaarlo rekenen een bedrag per lediging aangevuld met een bedrag per kilo, Emmen rekent een bedrag per lediging. Een vast bedrag per meerpersoonshuishouden is hierdoor niet bekend. In deze vergelijking is ervoor gekozen om het gemiddelde aanslagbedrag van een meerpersoonshuishouden weer te geven in deze gemeenten (bron Coelo).
De berekening van de kostendekkendheid van de reinigingsheffing is als volgt:
Berekening kostendekkendheid van de reinigingsheffing (bedragen x € 1.000) | |||
Lasten | |||
---|---|---|---|
Huisvuil | 7.3 Afval | 2.631 | |
Grof vuil | 7.3 Afval | 40 | |
Wegwerpglas | 7.3 Afval | -15 | |
Brengstation | 7.3 Afval | 782 | |
Oud papier | 7.3 Afval | -169 | |
Overige kosten | 7.3 Afval | 37 | |
Plastic | 7.3 Afval | 294 | |
Zwerfvuil | 2.1 Verkeer en vervoer | 22 | |
Perceptiekosten | 0.64 Belastingen overige | 7 | |
Btw | n.v.t. | 591 | |
Overhead | 0.4 Overhead | 154 | |
Totaal lasten | 4.374 | ||
Baten | |||
Afvalstoffenheffing | 7.3 Afval | 3.584 | |
Reinigingsrechten | 7.3 Afval | 79 | |
Totaal baten | 3.663 | ||
Exploitatietekort | 711 | ||
Dekkingspercentage | 84% |
Het dekkingspercentage komt daarmee uit op 84%. Voor een analyse van de verschillen tussen begroting en rekening wordt verwezen naar het hoofdstuk Baten en lasten per programma onder het onderdeel Jaarrekening.